Ik ben iemand die herinneringen koppelt aan dingen. Voorwerpen, geuren. Mijn huis is vol. Een huis vol herinneringen van de afgelopen 39 jaar. Ballast noemen sommigen dat, een hamsteraar ook. En dat is misschien wel waar. Hoewel de kastdeuren nog dicht kunnen en we de vloer nog kunnen zien.
Maar ik heb nog bonnetjes van dat leuke restaurantje waar we toen aten. Ik kan precies lezen wat we toen bestelden. Bijna proef ik het weer. Ik heb een babydekentje wat mijn tante voor me maakte. Een sleutel van een huis waar ik al heel lang niet meer woon. Het T-shirt wat ik droeg bij de eerste kus met de vader van mijn kinderen.
De herinneringen in de dingen gronden me. Doen me even weer denken aan waar ik vandaan kom, waar ik ben geweest, hoe ik me toen voelde. Even een moment niet bezig zijn met het hier en nu of waar ik naar toe ga. Het leven is een verzameling herinneringen.
Dat ook kinderen dit kunnen ervaren vind ik mooi. Mijn zoon van zeven die het heeft over “Vroeger, toen hij nog klein was”. En mijn dochter, amper 4 jaar, zoekt ook herinneringen. Met dit warme weer trok ze haar oude babylakentje onder uit de la. Als ze thuis is, zit ze met dat lakentje op schoot. Het herinnert haar aan een tijd die ze niet meer echt in woorden kan vatten.
In de badkamer wijst ze naar het oude babybadje. “Mama,” zegt ze, “Zullen we die maar aan een ander baby’tje geven. Ik ben nu daar veel te groot voor”. En ze loopt weg, babylakentje in haar armen. Voor het eerst bewust dat ook zij een vroeger heeft.